maandag 22 juli 2013

Dag Achtien, 22 juli Bilbao - Santandar, 72 km fietsen 40 km trein.

Mooi en voldaan zitten we met een biertje om vijf uur bij het stationsrestaurant en kijken terug op de inspannende dag. Licht bewokt. Lekker windje voelt goed aan. Jack aangetrokken omdat we nogal bezweet waren. De laatste klim niet zwaar, maar na een dag net iets te. We waren op ons einddoel uitgekomen, Laredo, vijf km voor Treto, waar het trein stationnetje was. 72km door een afwisselend landschap met mooie uitkijkpunten over de zee, maar ook lange stukken langs de snelweg of de parallelweg.
De aanduiding was weer te cryptisch of we wilden te snel resultaat.
Er was een heel mooi fietspad langs de rio de Bilbao. Wij reden langs Guggenheimmuseum, maar aan de verkeerde kant en vonden het fietspad niet, na wat omzwervingen en via de GPS uiteindelijk wel. Als ze nu gelijk gezegd hadden dat het langs de rio ging en later over ging in de Bl-739 en later weer overging in de N634, dan hadden we niet zo lang hoeven te zoeken.
Het fietspad was 26 km lang tot aan het strand bij La Arena. Ook nu weer heel veel wandelaars op het fietspad om de 30 meter wel één of meerdere mensen die heen of terug liepen, jong, oud, hardlopen en uiteraard veel fietsers die je altijd wel de weg wilden wijzen. Grappig was dat de meeste mannen met ontbloot bovenlijf liepen en hun shirtje aan hun broek hadden hangen of in de hand hielden. Een enkeling gespierd, maar ook een aantal die meer op een topless oude dame leken.
Het liep goed, de eerste twee lange klimmetjes van 2 of meer kilometers voelde je nauwelijks.
Vanaf la Arena werd het weer zoeken, maar ook hier vonden we de weg snel





Kunst en historie in Bilbao.


Marinemuseum en in de verte de snelwegen.





Prachtige bruggen in Bilbao, hier weer zo een. Een stad om langer en vaker te bezoeken. Het geluid in deze stad is opvallend.


Na het koffiedrinken namen we voor het eerst de N 634, eerste deel maar links gereden, want er waren zoveel afslagen, dat je beter tegen het verkeer aan de veilige kant bleef en de gele pijlen op de weg gaven dat ook zo aan.
Uiteindelijk zaten we op de route, snelheid matigen, oppassen voor fietsers en caminowandelaars, het bord van 10% deed al vermoeden dat het heftig zou worden.
Dat werd het ook. 2 tot 3 km lang omhoog in de laagste versnelling, schiet dus niet op en je dreigt elk moment om te vallen. De versnelling van Alie wil weer niet echt lekker lopen in de laagste en blijft wat tikken.
Na een half uur, drie kwartier komen we boven uitgeput en drijfnat, uithijgen, maar eigenlijk ook weer niet te lang, want dan word je te warm. Ik moest naar beneden om wind te vangen en af te koelen.

Het hoesten is voorbij, de kou van de afdaling kan ik aan. Het had niet langer moeten duren of ik was afgestapt. Als je dan zo naar boven ploegt, je trappers net rond kan draaien en elk moment het gevoel hebt niet meer verder te kunnen, het bord in de verte maar langzaam naar je toe komt en je hoopt dat na de bocht het rechte stuk komt, wat nog lang niet het geval is, want na de bocht volgt er weer een bocht een krommingin de weg, je hoort aan de auto's dat ze nog lang klimmen, de wielrenners aan de andere kant komen met grote snelheid voorbij, tja volhouden of stoppen. Nog even dan als ik bij die ronding ben, dan stop ik even, maar even stoppen betekent ook weer op gang komen, dus dan toch maar het volgende punt. Je voelt je benen verzuren, zwaar en dik, alsof de kracht eruit loopt, je moet ontspannen, want anders lukt het niet, gelukkig lukt dat, de ademhaling onder controle houden, niet te snel, rustig adem blijven halen, als je gaat hijchen ben je verloren. Zo vecht je tegen jezelf en de wens om hiermee op te houden. Als je eenmaal beneden bent, en je weer op adem bent gekomen, de warmte kwijt bent, de omgeving weer zijn schoonheid krijgt, dan voel je je wel weer heel voldaan, het gehaald te hebben en ben je de pijn snel vergeten.

Gelukkig, de afdaling was ook 10% en zo mogelijk nog langer. Ik geniet, Alie knijpt in de remmen. Tevreden beneden gekomen en trots dat we de eerste 32 km erop hebben zitten, nu de volgen de nog, de weg bleef rondom de grote snelweg heen draaien, dan er onderdoor, dan eroverheen en eroverheen betekent dus weer klimmen, dat hebben we vandaag zes keer moeten doen, gelukkig niet meer zo steil als in het begin meer 7% dat is prima te doen dan kan je nog redelijk snelheid houden, 9 km per uur.
Het uitzicht was af en toe prachtig, de lucht begon een beetje te betrekken in de verte, maar bij ons nog niet.



Vreemde bruggen, waarschijnlijk een voetbrug naar een rots.


Mooie uitzichten en paden rond een klif.


Een huis aan zee in de middel of nowhere? Was wel te koop. Daar hebben we ons broodje opgegeten.





Nog een klimmetje.


In Castoro-Urduales een oude kerk.



Na de zesde klim naar Liendo, 10 km voor Treto waren we het wel zat.
Bij het stationnetje gestopt. Helaas de trein gemist en de volgende gaat pas om kwart over negen. Wat nu? Doorrijden en om negen uur in Santander aankomen of daar om elf uur aankomen en nu uitrusten.
We kozen voor het laaste, kon ik ook nog een foto van de leuke brug maken.

Ik heb bewondering voor de wandelaars die deze route lopen. Hij is groener, mooier, maar wel veel zwaarder, veel klimmen en stijgen, dat kan je deels voorkomen door over de weg te gaan lopen, maar dat wil een wandelaar liever niet. Fietsen is mede door de matige beschrijving ook zwaarder, maar vooral zwaar door het klimmen en de stijgingspercentages. We maken het ons niet al te moeilijk bij lastige en gevaarlijke stukken pakken we een stukje de trein, of zoals vandaag om het laatste stuk wat meer op te schieten. We hadden al een hotel geboekt, doen we nooit, maar gisteren wel en je ziet je wordt gelijk gedwongen om door te gaan. Gelukkig geeft de trein de uitkomst. Voordat wekonden vertrekken hebben we ruim 5 uur in de restauratie gezeten. De boekjes doorgelezen van de tocht, kaart nog eens bestudeerd, fietsen nog eens na gekeken. Een aantal keren eten en drinken gevraagd. Tenslotte toen het begon te regenen binnen naar de tv gekeken.
Met handen en gebaren en wat verbogen Spaans kon Alie zich verstaanbaar maken.
De trei kwam te laat, maar we konden onze fietsen weer keurig op de invalideplaats neerzetten.
Het begon te onweren en stortregen, maar wij zaten binnen, dus wie doet je wat. Het landschap veranderde in een soort Ardennenlandschap, veel heuvels en dalen, dus we hadden behoorlijk nog moeten trappen. Was maar goed dat het vandaag niet meer nodig was. Morgen zou kunnen, maar dan had ik in Santander niet moeten afspreken.
Hotel gebeld, het was niet erg dat we later kwamen.
Via GPS de locatie gevonden, in een achterafsteegje, tussen andere straten in waarbij de straten schuin omhoog en omlaag liepenen ook nog eens eenrichtingsverkeer, dus was lastig zoeken met de fietsaan de hand.











Location:Stationsrestaurant Treto.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten